Wat bepaalt de waarde van een viool?

Al vaak is mij gevraagd wat nu eigenlijk de waarde van een viool bepaalt. Voor buitenstaanders lijkt de waardebepaling volledig willekeurig. Alle violen zien er uit als een viool. Waarom is de ene zoveel duurder dan de andere? De meeste mensen denken dat de prijs wordt bepaald door de klank… Verrassend misschien maar niets is minder waar. Een taxateur zal niet op de viool gaan spelen, maar bepaalt enkel de waarde door naar het instrument te kijken. Hieronder de belangrijkste dingen die de waarde van een instrument bepalen.

Waar de viool gebouwd is

Chinese violen zijn het goedkoopst. De kwaliteit van deze violen wordt steeds beter, maar het vakmanschap is minder ontwikkeld dan in de Europese landen waar al eeuwenlang een vioolbouwtraditie bestaat. Ook de kwaliteit van het hout is over het algemeen minder en de violen worden in China vaak serie-matig in fabrieken gemaakt met minder aandacht voor kwaliteit en vakmanschap. Franse, Duitse en Italiaanse violen worden hoger gewaardeerd dan die in andere Europese landen. Niet voor niets komen de bekendste vioolbouwers uit deze landen; Stradivarius (Italie), Vuillaume (Frankrijk) en Stainer (Duitsland/Oostenrijk). Italiaanse violen uit Cremona zijn het duurste gevolgd door violen uit Frankrijk en daarna Duitsland.

Wie de vioolbouwer is

De naam van de bouwer is van grote invloed op de prijs. Als een viool is gebouwd door een bouwer met grote reputatie, zelfs als deze gebouwd is door een van zijn medewerkers in het atelier, is deze veel meer waard dan een meesterviool van een onbekende bouwer. Duurdere violen hebben eigenlijk altijd een etiket in de viool die aangeeft door wie de viool gebouwd is. Meesterviolen (volledig gebouwd door de vioolbouwer zelf) hebben op het etiket ook een jaartal, handtekening en soms een opus nummer en brandstempel staan. Zie hiernaast het etiket van Benjamin Patocka uit 1927 (zie ook ons assortiment voor deze viool). Op eenvoudigere atelierviolen (gemaakt in de werkplaats van de betreffende vioolbouwer) staat vaak geen jaartal, maar enkel de naam van het atelier en de plaats waar de viool gebouwd is.

Het vakmanschap

De aandacht, nauwkeurigheid en artisticiteit waarmee de viool gebouwd is bepaalt ook de prijs. Hierbij kun je bijvoorbeeld letten op de F-gaten, de inleg, de krul, de lak en de welving van de bladen. Voor een ongetraind oog is dit moeilijk te zien, maar als je goed kijkt zie je hierin grote verschillen. Fabrieksviolen worden machinaal gemaakt binnen enkele dagen. Iedere medewerker maakt een specifiek onderdeel van de viool. Hoe de onderdelen vervolgens optellen tot de hele viool is afwachten. Bij een meesterviool maakt de vioolbouwer de hele viool zelf en stemt alle onderdelen optimaal op elkaar af. Hij is hier 200 tot 400 uur mee bezig. Maar je ziet dan ook de passie en vakmanschap in het instrument terug.

mooi gevlamd esdoorn achterblad

Kwaliteit van het gebruikte hout

De kwaliteit van het hout is ook belangrijk. Met name bij het achterblad zijn de verschillen goed te zien. Het achterblad wordt vrijwel altijd van esdoorn gemaakt. Hoe mooier de vlamming (tijgerprint) in het esdoorn hoe duurder de viool. Vaak wordt deze vlamming nog geaccentueerd door het gebruik van een mooie zachte olielak. Zie hierboven een voorbeeld van een viool uit ons assortiment met een mooi eendelig gevlamd achterblad (Saksische meesterviool 4000 euro).

Bij goedkope violen is helemaal geen vlamming te zien. Ook bij de krul en de hals speelt deze vlamming een rol. Het vuren bovenblad is minder onderscheidend. Vaak hebben dure violen een fijne nerfstructuur ter hoogte van het midden die breder uitloopt naar de zijkanten van het blad.

Hele goedkope violen zijn vaak te herkennen aan een lichtere toets (er is dan geen duur ebbenhout gebruikt) en inleg (het dunne strookje zwarte hout dat is ‘ingelegd in de rand van het voor- en achterblad) die op het hout geschilderd is. Goedkope Chinese violen hebben vaak een harde spirituslak, vanwege de korte droogtijd van deze lak.

Winkel/Vioolbouwer waar je de viool koopt

Iedere winkel en vioolbouwer heeft zijn eigen prijsstelling. Grotere, gerenommeerde vioolbouwers zullen over het algemeen iets hogere prijzen vragen voor hun instrumenten. Omdat elke viool uniek en anders is en elke winkel waarde bepalende aspecten anders waardeert kunnen prijzen best ver uiteen lopen. Een viool bij de ene winkel/vioolbouwer van 1500 euro kan best bij de andere 3000 of 4500 euro kosten.

Dus...

De prijs van de viool wordt verrassend genoeg niet door de klank bepaald. Terwijl dit voor de meeste violisten toch echt het belangrijkste is. Je wilt een viool die zo mooi mogelijk klinkt. Mijn advies is daarom om altijd meerdere violen met elkaar te vergelijken zodat je voor jezelf een goede afweging kunt maken. En dan is de duurste viool niet altijd de mooiste.